top of page

NL

DE SCULPTURALE SACRALITEIT VAN KRISTEL VAN BALLAER

Yves Joris 2024

 

Met haar nieuwe expo Genius Loci  neemt Kristel Van Ballaer niet alleen de schoonheid maar ook de geest van de ‘Stille Kempen’ mee naar Art Gallery De Wael 15. De expo, een delicaat samenspel tussen ambacht en digitale creativiteit, presenteert werken die geworteld zijn in de directe (Kempense) omgeving van de kunstenaar. Kristel transformeert alledaagse landschappen tot utopische vergezichten, waarbij ze de grenzen tussen realiteit en verbeelding verkent. Van handgrote kunstwerken tot monumentale sculpturen die de galerie domineren, belichamen de tentoongestelde werken de geest van de plaats op een unieke en intense manier.

Kristel, geïnspireerd door de sereniteit en schoonheid van haar omgeving, nodigt de bezoeker uit op een contemplatieve reis. In een sublieme choreografie van leegte, ritme en structuren wekken de tentoongestelde werken de zintuigen en raken ze de kern van het organische aan. Kunst wordt hier een avontuur met de natuur, een ontmoeting tussen het aardse en het transcendente.

 

Een absolute blikvanger van de tentoonstelling is Portal, een imposante architecturale creatie die de bezoeker uitnodigt tot een symbolische doorgang naar een andere wereld. Deze monumentale vorm, ontstaan uit een land art collage, omarmt onze menselijke schaal en creëert tegelijkertijd een teken in de ruimte, een uitnodiging en een pad naar een bijzondere bestemming.

In de voetsporen van Ellsworth Kelly

In deze hard edge-benadering van Kristel, vinden we onder meer de hand van Ellsworth Kelly terug, een van de pioniers van de abstracte kunst. Deze stijl kenmerkt zich door scherp afgelijnde kleuren en een strenge vormentaal, die bijdragen aan het streven naar vormperfectie. Het resulteert in een tijdloze en ongenaakbare esthetische kwaliteit die rust en evenwicht uitstraalt. Kristels creaties gaan dus veel verder dan louter het vastleggen van de schoonheid van natuur en architectuur; ze voeren een doordachte dialoog met de kunstgeschiedenis. 

Landschapschilder met een fototoestel

De collages op de expo vragen veel aandacht. Hunkeren naar tijd en nabijheid om te onderzoeken waar het beeld eindigt en de menselijk-artistieke interventie begint. Met chirurgische precisie verwijdert de kunstenaar haast minuscule beeldstrookjes uit het oorspronkelijk werk om zo niet alleen de buiten- maar ook de binnengrenzen van het beeld af te bakenen. Als hedendaagse landschapsschilder benadrukt ze de poëzie van haar omgeving door subtiele markeringen en kijkramen, die geometrische vormen en ruimtelijke afbakeningen weerspiegelen.

Verstilling en introspectie

Haar kunstwerken, ontstaan uit een proces van bewerking, schuren, zagen en digitaal onderzoek, overstijgen het minimalistisch abstracte en creëren een zintuiglijke spanning door het gebruik van materiaal. Van Ballaer benadrukt immers niet alleen de visuele aspecten van haar omgeving, maar ook de zintuiglijke ervaring ervan. Het gebruik van tactiele materialen zoals hout en aluminium voegt een fysiek aspect toe aan deze artistieke expressie. Haar kunstwerken worden doordrenkt met een sacrale dimensie, waarbij de natuur niet alleen een onderwerp is, maar een levende entiteit die spreekt tot de ziel van de toeschouwer.

In een wereld waar technologie vaak de overhand heeft, nodigt Genius Loci uit tot een moment van verstilling en introspectie. De kunstwerken fungeren als poëtische vensters naar een andere wereld, waar sacrale en spirituele elementen worden vastgelegd op een draagvlak, en in vorm. Kristels creaties zijn meer dan esthetische uitingen; ze zijn een uitnodiging om de diepere lagen van onze relatie met de wereld om ons heen te verkennen. Tijdens deze artistieke reis overstijgt Kristel niet alleen de grenzen van het bekende landschap, maar opent ze poorten naar een utopische horizon, waar kunst een mythe wordt en de ziel van de natuur wordt vastgelegd in materiaal en vorm. 

Ga doorheen de poort en betreed Genius Loci. Laat u meevoeren in een wereld doordrenkt met schoonheid, spiritualiteit en de diepe verbinding met de geest van de plaats.

 

 

Yves Joris februari 2024

EN

THE SCULPTURAL SACRALITY OF KRISTEL VAN BALLAER

Yves Joris 2024

 

With her new exhibition Genius Loci, Kristel Van Ballaer brings not only the beauty but also the spirit of the "Stille Kempen" to Art Gallery De Wael 15. The expo, a delicate interplay between craft and digital creativity, presents works rooted in the artist's immediate (Kempen) environment. Kristel transforms everyday landscapes into utopian vistas, exploring the boundaries between reality and imagination. From hand-sized artworks to monumental sculptures that dominate the gallery, the works on display embody the spirit of place in a unique and intense way.


Kristel, inspired by the serenity and beauty of her surroundings, invites the visitor on a contemplative journey. In a sublime choreography of emptiness, rhythm and structures, the exhibited works awaken the senses and touch the core of the organic. Art here becomes an adventure with nature, an encounter between the earthly and the transcendent.


An absolute eye-catcher of the exhibition is Portal, an imposing architectural creation that invites the visitor to a symbolic passage to another world. This monumental form, created from a land art collage, embraces our human scale and simultaneously creates a sign in space, an invitation and a path to a special destination.


In the footsteps of Ellsworth Kelly
In this hard edge approach by Kristel, we find the hand of Ellsworth Kelly, one of the pioneers of abstract art. This style is characterized by sharply defined colors and a strict design language, which contribute to the pursuit of formal perfection. It results in a timeless and unapproachable aesthetic quality that radiates peace and balance. Kristel’s creations go much further than simply capturing the beauty of nature and architecture; they conduct a thoughtful dialogue with art history.


Landscape painter with a camera
The collages at the exhibition require a lot of attention. Craving time and proximity to investigate where the image ends and the human-artistic intervention begins. With surgical precision, the artist removes almost minuscule image strips from the original work in order to demarcate not only the outer but also the inner boundaries of the image. As a contemporary landscape painter, she emphasizes the poetry of her environment through subtle markings and viewing windows, which reflect geometric shapes and spatial demarcations.

 

Stillness and introspection
Her artworks, created from a process of editing, sanding, sawing and digital research, transcend the minimalist abstract and create a sensory tension through the use of material. After all, Van Ballaer not only emphasizes the visual aspects of her environment, but also the sensory experience thereof.
The use of tactile materials such as wood and aluminum adds a physical aspect to this artistic expression. Her artworks are imbued with a sacred dimension, where nature is not just a subject, but a living entity that speaks to the soul of the viewer.
In a world where technology often has the upper hand, Genius Loci invites a moment of tranquility and introspection. The works of art function as poetic windows to another world, where sacred and spiritual elements are captured on a support surface and in form. Kristel’s creations are more than aesthetic expressions; they are an invitation to explore the deeper layers of our relationship with the world around us. During this artistic journey, Kristel not only transcends the boundaries of the known landscape, but opens gates to a utopian horizon, where art becomes myth and the soul of nature is captured in material and form.


Go through the gate and enter Genius Loci. Immerse yourself in a world imbued with beauty, spirituality and the deep connection with the spirit of the place.


Yves Joris February 2024

 

 

VERSTILLING
N.E. 2023

De schoonheid van de natuur en de geometrie in architectuur zijn Kristel Van Ballaers belangrijkste thema’s. In een langzaam meditatief proces onderzoekt ze vormen die haar inspireren en die ze vertaalt naar haar wereld. Ze ontdoet ze van het overbodige tot de perfecte vorm in zicht komt. Haar werk gaat het minimalistisch abstracte voorbij, haar

materiaalgebruik is zinnelijk en creëert tastbare spanning.

 

Het aanvoelen van de genius loci speelt een cruciale rol in haar artistiek proces. Deze tentoonstelling is het resultaat van een doordachte dialoog met het Hofke van Chantraine en de omliggende site. Elke kamer in deze oude pastorie heeft zijn eigen sfeer en krijgt van Kristel Van Ballaer een naam of titel. Haar uitgepuurde kunstwerken contrasteren met het historisch karakter, maar evenzeer lijken ze er organisch deel van uit te maken. Een aantal ruimtes hebben een metamorfose ondergaan, waardoor ze op een verrassende wijze het erfgoed in een nieuw perspectief plaatsen.

Ode aan de Liereman 

“Landschap de Liereman” is een van de oudste natuurgebieden van België. De rauwe schoonheid van dit unieke gebied inspireert plein air schilders aan het begin van de 20ste eeuw. Eugeen Surinx (1850-1936), Albert Sohie (1873-1927) en Jef Claesen (1878-1965) behoren tot de eerste generatie Lieremanschilders.

 

Red Cover is een hommage aan het dieprode kleurenpalet in een schilderij van Jef Claesen. Met zijn ruwe korstige en tactiele verfhuid evoceert het de aarde. In Kristel Van Ballaers werk worden zintuiglijke ervaringen intuïtief omgezet in een geheel eigen vormentaal, een eigen universum. 

Ook de collages maken verbinding met de kunstgeschiedenis. Het park rondom de pastorie is uitgangspunt voor een reeks foto’s die vervolgens bewerkt worden met vlakken en lijnen. We zien geometrische vormen en afbakeningen van ruimtes. Net als bij de landschapschilders worden plek en plaats centraal gesteld, maar Kristel Van Ballaer stuurt onze blik via markeringen en kijkramen. De schoonheid en de poëzie van het landschap worden als het ware geaccentueerd. Deze reeks werken zijn de basis voor een utopisch concept dat op termijn zal uitmonden in monumentale Land Art projecten. 

  

Crushed Wood is in de ontwikkeling van het oeuvre van de kunstenaar een belangrijk werk. Deze zwarte veelhoek, verbrand hout, is zinnelijk en vraagt bijna om aangeraakt te worden. In tegenstelling tot de uitgepuurde strakheid van bijvoorbeeld Black Infinity, wil deze vorm ons iets zeggen over transitie, vergankelijkheid en kwetsbaarheid. 

 

Atelier 

Een ritmische “jazzy” wand met vele kleine en middelgrote werken in zwart en wit geeft een inkijk in het werkproces van de kunstenaar. Op eenzelfde wijze etaleert de kunstenaar ook haar creaties in haar atelier. Zo kan ze aanvoelen en ondervinden of vormen zeggingskracht hebben. Of ze met elkaar dialogeren of conflicteren, of en welk gewicht ze hebben. De tactiele verfhuid speelt een cruciale rol, want weerkaatsend of opslorpend licht kan een werk transformeren. Het onderzoek dat start vanuit de waarneming richting essentiële vorm, verloopt grotendeels experimenteel. In deze ruimte kunnen we de interne keuken beleven, want ook materiaal, voorbereidende schetsen en gereedschap zijn aanwezig.

De stille kamer  

De voormalige slaapkamer van de pastorie, met belendend vertrek, is een ruimte van reflectie, stilte en bezinning. Het zijn geen loze woorden voor de kunstenaar die meditatie en spiritualiteit hoog acht.

 

Shored White Space en Contemplation zijn geïnspireerd op gotische architectuur, maar Kristel Van Ballaer vindt dat die informatie de blik van de toeschouwer niet mag sturen. “Ik zoek naar een beeld(taal) die je moet aanvoelen en ervaren”, zegt ze zelf. Evenzeer zijn Contemplation en het verwante Atmosphere vormen die refereren aan een sarcofaag, een monument, of gewoonweg een multi-gefacetteerde vorm waar licht de hoofdrol speelt.

 

De kruisvorm zien we in deze tentoonstelling in meerdere ruimtes opduiken. Het is een belangrijk motief in het oeuvre van de kunstenaar. Het is een symbool dat voorkomt in vele religies, over de tijden heen en in verschillende culturen. Het Latijns kruis bestond al voor het christendom en staat voor verzoening, de synthese tussen hemel en aarde. Met zijn vier armen verwijst het naar de vier windrichtingen. Het symboliseert de kruising van wegen en paden, van geest en materie. 

 

In het aangrenzend vertrek spiegelen Black and White Field elkaar. Het hoogglanzende zwarte vlak hangt aan de muur en vindt zijn tegenpool in het fragiele witte vlak, gestut op de vloer. Daarnaast spiegelt Black Field ook letterlijk de toeschouwer. Onze aanwezigheid wordt “zichtbaar”. Hoe positioneren we ons in de ruimte? En hoe positioneren we ons tegenover de kunstwerken? 

 

Het licht van Sohie

In het park van het Hokfke van Chantraine ligt een oud kasteel: Sohie’s Schildershof. Kristel Van Ballaer voelt zich verwant met het zelfgekozen isolement van deze Liermanschilder. Ook zij heeft stilte, ruimte en afzondering nodig om te kunnen creëren. 

In deze kamer krijgen oker en goud een prominente plaats. “Goud als het hoogste licht”, geeft ze zelf aan, “zoals we het in religieuze kunst vaak zien”. Als een moderne alchemist dicht ze het materiaal, spirituele en filosofische eigenschappen toe. Daarnaast correspondeert het prachtig met de natuurtinten in het park, en accentueert het de reeds aanwezige gloed.

 

Cel 

In deze kleine verdonkerde ruimte straalt het licht centraal op het hangende Gold Reservoir. Als een offergave staan kubus en verticale vorm dominant en theatraal in de ruimte. Net als in de collages wordt onze blik geleid.

White Cube 

Op het einde van de trap naar de zolder zien we een wit afgebakende ruimte, die stralend opdoemt vanuit het duister. White Cube staat in de verhouding van de gulden snede ten opzichte van de zwarte gang. Synchroon met die perfectie zijn ook de vormen in balans. De installatie is een spel van contrasten: licht en donker, zweven tegenover steunen, groot versus klein. 

De zwarte lat krijgt zijn tegenpool in de witte lat net buiten het vlak op de zwarte doorleefde muur. Een lange verticale lijn (of lat) staat symbool voor energie in het werk van de kunstenaar. 

 

Duet 

Twee licht overhellende schuine vormen staan centraal opgesteld in de grote zolderruimte. Deze monumentale kunstwerken zijn niet identiek, maar wel verwant. Ze communiceren met elkaar. Als een dans in de ruimte. Duet is een duo van kijkramen, waardoor de ruimte telkens op een nieuwe wijze gekaderd wordt. 

In de hoek van de zolder staat Central Base in het verlengde van de centrale vormen. Ook hier speelt de kunstenaar op een uitgekiende wijze met onze blikrichting. Het kruis heeft talloze cultureel-religieuze associaties maar kan ook simpelweg een markering of plaatsaanduiding zijn. 

 

Women’s room

In deze kleine zolderruimte, die we betreden via een loopbrug, valt vooral het sensuele karakter van de werken op. Licht, ijl en kwetsbaar. Een subtiele muurschildering die een ledikant suggereert, een deur met een kijkgaatje waardoor we een blik kunnen werpen op Spiritual Place. Alles in deze kamer ademt erotiek en vrouwelijkheid. Hier zien we hoe Kristel Van Ballaer haar minimalistisch register opentrekt. Ze transformeert de ruimte tot een sensuele totaalinstallatie. 

 

Bedroom

Pink Bedding staat centraal opgesteld, een overhellende vorm met daarop een afgerond magenta vlak. Het refereert aan de curve en de ellips die veelvuldig voorkomen in het oeuvre van Kristel Van Ballaer. Als shelter, een beschermend toevluchtsoord. De overige kunstwerken hebben een fascinatie voor inventariseren, classificeren, meten en tellen. Activiteiten die zich afspelen in de tijd, een gekend domein voor de slapeloze.  

Insomnia kan leiden tot vreemde, ongekende en on(der)bewuste gedachten. Een proces dat verwant is aan het denken en handelen van de kunstenaar. In deze rustruimte staan de muren vol notities, krabbels, tekens en schema’s. Ze geven ons een inkijk in het scheppingsproces. Intuïtie en associatie, proces en experiment.

N.E. 2023

 

EN

STILLNESS

N.E. 2023

The beauty of nature and geometry in architecture are Kristel Van Ballaer's main themes. In a slow meditative process, she explores forms that inspire her and which she translates into her world. She strips them of the superfluous until the perfect form comes into view. Her work goes beyond the minimalist abstract, her use of materials is sensual and creates tangible tension.

 

Sensing the genius loci plays a crucial role in her artistic process. This exhibition is the result of a thoughtful dialogue with the Hofke van Chantraine and the surrounding site. Each room in this old presbytery has its own atmosphere and is given a name or title by Kristel Van Ballaer. Her pared-down works of art contrast with the historical character, but equally seem to be an organic part of it. A number of spaces have undergone a metamorphosis, surprisingly placing the heritage in a new perspective.

 

Ode to the Liereman 

"Landscape de Liereman" is one of the oldest natural areas in Belgium. The raw beauty of this unique area inspired plein air painters at the beginning of the 20th century. Eugeen Surinx (1850-1936), Albert Sohie (1873-1927) and Jef Claesen (1878-1965) were among the first generation of Liereman painters.

 

Red Cover is an homage to the deep red color palette in a painting by Jef Claesen. With its rough crusty and tactile paint skin, it evokes the earth. In Kristel Van Ballauer's work, sensory experiences are intuitively transformed into a language of forms, a universe of their own. 

The collages also connect with art history. The park around the rectory is the starting point for a series of photographs that are then manipulated with planes and lines. We see geometric shapes and demarcations of spaces. As with the landscape painters, place and location are central, but Kristel Van Ballaer directs our gaze through markings and viewing windows. The beauty and poetry of the landscape are accentuated, as it were. This series of works are the basis for a utopian concept that will eventually culminate in monumental Land Art projects. 

  

Crushed Wood is an important work in the development of the artist's oeuvre. This black polygon, burned wood, is sensuous and almost asks to be touched. Unlike the pared-down tautness of Black Infinity, for example, this form wants to tell us something about transition, transience and vulnerability. 

 

Studio

A rhythmic "jazzy" wall with many small and medium-sized works in black and white gives a glimpse into the artist's working process. In a similar way, the artist also displays her creations in her studio. In this way she can sense and experience whether forms have power of expression. Whether they dialogue with each other or conflict, whether and what weight they have. The tactile paint skin plays a crucial role, because reflecting or absorbing light can transform a work. The investigation that starts from perception toward essential form is largely experimental. In this space we can experience the internal kitchen, as materials, preparatory sketches and tools are also present.

The Quiet Room  

The former rectory bedroom, with adjoining room, is a space of reflection, silence and contemplation. These are not empty words for the artist who values meditation and spirituality.

 

Shored White Space and Contemplation are inspired by Gothic architecture, but Kristel Van Ballaer believes that this information should not guide the viewer's gaze. "I'm looking for an image (language) that you have to feel and experience," she tells herself. Equally, Contemplation and the related Atmosphere are forms that refer to a sarcophagus, a monument, or simply a multi-faceted form where light plays the leading role.

 

We see the cross shape popping up in multiple spaces in this exhibition. It is an important motif in the artist's oeuvre. It is a symbol found in many religions, across time and in different cultures. The Latin cross existed before Christianity and represents reconciliation, the synthesis between heaven and earth. With its four arms, it refers to the four directions of the wind. It symbolizes the crossing of roads and paths, of spirit and matter. 

 

In the adjacent room, Black and White Field mirror each other. The high-gloss black field hangs on the wall and finds its counterpart in the fragile white field, propped up on the floor. In addition, Black Field also literally mirrors the viewer. Our presence becomes "visible." How do we position ourselves in space? And how do we position ourselves in front of the artworks? 

 

The Light of Sohie

In the park of the Hokfke of Chantraine lies an old castle: Sohie's Schildershof. Kristel Van Ballaer feels akin to the self-chosen isolation of this Lierman painter. She, too, needs silence, space and isolation to create. 

In this room, ochre and gold are given prominence. "Gold as the highest light," she herself indicates, "as we often see it in religious art." Like a modern alchemist, she ascribes to the material, spiritual and philosophical properties. In addition, it corresponds beautifully with the natural tones in the park, accentuating the glow already present.

 

Cell 

In this small darkened room, light radiates centrally onto the hanging Gold Reservoir. Like an offering, the cube and vertical form are dominant and theatrical in the space. As in the collages, our gaze is guided.

White Cube 

At the end of the staircase to the attic, we see a white delineated space, looming radiantly from the darkness. White Cube stands in the proportion of the golden ratio to the black corridor. Synchronous with that perfection are also the shapes in balance. The installation is a play of contrasts: light and dark, floating versus supporting, large versus small. 

The black lath gets its counterpart in the white lath just outside the plane on the black weathered wall. A long vertical line (or batten) symbolizes energy in the artist's work. 

 

Duet 

Two slightly leaning oblique forms are arranged centrally in the large attic space. These monumental artworks are not identical, but they are related. They communicate with each other. Like a dance in space. Duet is a duo of viewing windows, framing the space in new ways each time. 

In the corner of the attic, Central Base is an extension of the central forms. Here, too, the artist plays with our direction of gaze in a sophisticated way. The cross has numerous cultural-religious associations but can also simply be a marker or place marker. 

 

Women's room

In this small attic space, which we enter via a walkway, the sensual character of the works is particularly striking. Light, rarefied and vulnerable. A subtle mural suggesting a crib, a door with a peephole through which we can glimpse Spiritual Place. Everything in this room exudes eroticism and femininity. Here we see Kristel Van Ballaer opening her minimalist register. She transforms the space into a sensual total installation. 

 

Bedroom

Pink Bedding is arranged centrally, an overhanging form topped by a rounded magenta surface. It refers to the curve and the ellipse that frequently appear in Kristel Van Ballaer's oeuvre. As a shelter, a protective haven. The other artworks have a fascination with inventory, classification, measuring and counting. Activities that take place in time, a known domain for the insomniac.  

Insomnia can lead to strange, unknown and un(der)conscious thoughts. A process akin to the artist's thinking and acting. In this rest room, the walls are full of notes, scribbles, signs and diagrams. They give us an insight into the process of creation. Intuition and association, process and experimentation.

N.E.. 2023

NL

DE ZIN VAN VERSTILLING

2021, Eric Rinckhout

 

Op het eerste gezicht lijken de oeuvres van Kristel Van Ballaer en George Meertens ver uit elkaar te liggen en hun respectieve werken nauwelijks raakpunten te vertonen.

Neem nu de twee werken die op de uitnodiging van deze tentoonstelling prijken. ‘Genius’ van Kristel Van Ballaer is een houten sculptuur, een ellips beschilderd met zwarte en witte verf. ‘Brief’ van George Meertens is een schilderij, olieverf op doek, waarin het roze overheerst. Terwijl de sculptuur van Kristel Van Ballaer ‘open’ is, bestaat het schilderij van George Meertens uit een ‘oppervlak’: het is op canvas geschilderd en roept bovendien door zijn kleur en textuur het beeld van een huid op. Daarenboven is het werk van Kristel glad en gepolijst - of geeft het althans die indruk – en lijkt niet door mensenhanden gemaakt. Het vertoont verwantschap met de zogeheten ‘hard edge’ van de Amerikaanse kunstenaar Ellsworth Kelly: strenge vormentaal en scherp afgelijnde kleuren. Het streven van Kristel naar vormperfectie lijkt iets ongenaakbaars en tijdloos te hebben, terwijl bij George de hand van de schilder duidelijk zichtbaar is. Zelfs in de meest monochrome doeken schemert de geste van de schilder door. Ook de geschiedenis van het werk - het schilderproces - zit onderhuids in elk schilderij: de opeenvolgende verflagen bevatten aanzetten, pogingen, bedenkingen en koerswijzigingen. Het oppervlak toont het moment waarop de schilder besloot te stoppen.

 

Toch hebben, bij nader inzien en vooral door langzaam te kijken, deze twee oeuvres bijzonder veel gemeen.

Vergeet maar wat ik hierboven schreef over de gestrengheid van het werk van Kristel Van Ballaer. Het lijkt alsof dat zou betekenen dat haar werk koud of kil is en bij de toeschouwer geen emoties zou opwekken. Niets is minder waar. Enerzijds zijn er de kleine, gewilde imperfecties die de hand van de kunstenaar verraden, anderzijds zit in nagenoeg elk werk een voelbare spanning. Die kan ontstaan door het contrast tussen zwart en wit, tussen gevernist en niet gevernist hout, en tussen de verschillende soorten gebruikte verf: olieverf, lak en acryl zorgen voor glans of dofheid. Evengoed ontstaat er een bijna speelse dynamiek door variaties in de dikte van het hout, verrassende kleuren, geometrische figuren die elkaar aantrekken en afstoten, of het gebruik van taps toelopende vormen. Soms lijkt een werk gewichtloos door een slim gebruik van kleuren en hun weerkaatsing.

Bovendien, en dat kan paradoxaal klinken, slaagt Kristel erin emoties bij de toeschouwer los te weken net door vormen tot hun essentie te herleiden. Door te streven naar eenvoud - de schoonheid van eenvoud - biedt ze de toeschouwer rust en een heilzaam tegenwicht voor de beeldenstorm die in het dagelijks leven woedt. Ze laat de tijd stilstaan in haar werk. Het heeft haar ook tijd gekost, na de onontbeerlijke periode van vertraging en verstilling, om in het hout – haar favoriete materiaal – de uitgezuiverde vorm te bereiken die haar voor ogen stond.

 

Dat brengt me naadloos bij George Meertens, in wiens schilderijen tijd centraal staat. Niet toevallig heet een reeks recente werken ‘Tijdtafel’.

Tijd is essentieel om de op het eerste gezicht monochrome doeken van George Meertens te bekijken, te ervaren en te doorgronden. Om opgenomen te worden in zijn wereld, maar ook om onze eigen gedachten en emoties te ervaren.

Die tijd is in de eerste plaats nodig om te zien wát George Meertens geschilderd heeft. Ons oog heeft gewoonweg die tijd nodig. Het gaat immers niet om monochrome vlakken: hoe langer we kijken hoe meer diepte en kleurnuances we ontdekken, evenals wat er woelt en krioelt onder het oppervlak.

Bovendien: schilderen gaat langzaam, zeker met de traag drogende olieverf - het favoriete medium van George. Schilderen staat haaks op onze voorthollende tijd en is een stil en tegendraads protest in een tijd waarin een storm van beelden om ons heen waait.

Door de tijd te nemen, door alle ballast van ons af te gooien en door ons open te stellen voor de schilderijen van George - hun kleur, hun textuur, hun zinnelijkheid - komen we met ons diepere zelf in contact.

Niet toevallig hangt George Meertens zijn schilderijen op een hoogte die hij ‘hart-hoogte’ noemt, zodat de toeschouwer niet omhoog of omlaag moet kijken, maar rechtstreeks met het werk geconfronteerd wordt. Het kan geen toeval zijn dat ook Kristel Van Ballaer haar werk ‘Atmosphere’ op harthoogte toont om een optimaal contact met de toeschouwer te bewerkstelligen.

 

George Meertens en Kristel Van Ballaer zijn allebei op reis naar de kern van hun kunst. Ze presenteren hun zoektocht naar de essentie - naar het ‘naakte zijn’ - zonder franjes, zonder toeters en bellen. Het gaat ze allebei om de bewustwording waartoe verstilling kan leiden.

 

2021, Eric Rinckhout

EN

IN SEARCH OF SILENCE

2021, Eric Rinckhout

 

The oeuvres of Kristel Van Ballaer and George Meertens seem to be very different; in fact, at first sight, they have little in common. The two works shown on the invitation to the exhibition ‘Naked Existence’ appear to prove the point. Van Ballaer’s ‘Genius’ is a wooden sculpture, an ellipse, painted black and white. ‘Brief’ by George Meertens is a painting, oil on canvas, predominantly pink. The sculpture is ‘open’, whereas the painting is ‘a surface’: painted on canvas, its colour and texture approximate human skin. Moreover, Van Ballaer’s work is smooth and polished – at least it gives that impression – almost as if it were not manmade. It shows a clear link with the ‘Hard Edge’ art of Ellsworth Kelly (1923-2015), the American artist known for his stringent stylistic idiom and sharply delineated colours. 

 

Van Ballaer’s pursuit of formal perfection adds a touch of unapproachability and timelessness to her art, whereas in Meertens’s art the painter’s hand is omnipresent. Even in his most monochrome works, the painter’s act is visible. Under the skin of each painting we can read the history of the work, the artistic process. The consecutive layers of paint show the initial steps, the attempts, the conflicts and changes of direction. The surface indicates the moment when the painter decided to stop.

 

And yet, on careful and unhurried reflection, the two oeuvres turn out to have a lot in common. Forget what I just wrote about Van Ballaer’s stringent idiom. The term might suggest an oeuvre that is cold, chilly, unable to evoke emotion. Wrong. On the one hand there are the small, deliberate imperfections which give away the hand of the artist; on the other, there is a tangible tension in almost every work. It may be caused by the contrast between black and white, between varnished versus unvarnished wood, or by the different sorts of paint she uses: oil, lacquer and acrylic, resulting in different degrees of lustre and/or dullness. An almost playful dynamism arises from the variations in the width of the wood, from an unexpected choice of colours, from geometric figures that either attract or repel one another, or from the use of conical shapes. Sometimes a sculpture seems to be weightless, an effect created by the meticulous use of colours and their reflections.

 

On top of that – and this may sound contradictory – Van Ballaer succeeds in evoking emotions, merely by reducing shapes to their bare essence. Her search for simplicity – for the beauty of simplicity – offers the viewer peace, and a wholesome antidote to the swarm of images of everyday life. Her work brings time to a standstill. And it has taken her time, too, after a much-needed period of deceleration and silence, to acquire – in wood, her favourite medium – the pure form that she had in mind.

 

All this takes me seamlessly to George Meertens, in whose work time is the central theme. It is most telling that he entitled a series of recent works ‘Tijdtafel’ (‘Time Table’). Time is essential when studying, experiencing and understanding the apparently monochrome canvases by Meertens: essential, of course, in order to enter his world, but also to experience one’s own thoughts and emotions. Time is, first and foremost, required to see exactly what Meertens has painted. The eye needs that time, plain and simple. Indeed, one is not looking at monochrome surfaces. The longer one looks, the more depth and colour variations one finds, not to mention what teems and stirs under the surface.

 

Painting is a slow process, even more so with the slow-drying oils that are Meertens’s favourite medium. In this way painting becomes the opposite of our ever faster pace of life. It is a silent and contentious protest in these days when a whirlwind of images constantly surrounds us. By taking one’s time, by throwing off all dead weight and by opening up to Meertens’s paintings – their colours, their textures, their sensuality – one comes closer to oneself.

 

It is not a coincidence that Meertens displays his paintings at ‘heart level’. He would not want viewers to have to look up or down – their contact with the artwork needs to be direct. The fact that Van Ballaer shows the sculpture ‘Atmosphere’ at ‘heart level’ is no coincidence either: her goal, too, is optimal contact with the viewer. 

 

Both George Meertens and Kristel Van Ballaer are on a journey to the essence of their art. They present their search for that essence – the steps towards ‘being naked’ – without any fringes, without any bells and whistles. What they are both after is the deeper awareness to which silence can lead.

 

2021, Eric Rinckhout

 

NL

LANGZAAMAAN

2021, Kristel Van Ballaer

 

1.   Vertraging is voor mij niet enkel essentieel, maar ook noodzakelijk. Aan de basis van mijn werkproces ligt het intens en tactiel waarnemen. Concrete ideeën en prikkels uit de werkelijkheid -vaak natuur of architectuur- worden vervolgens omgezet in een uit gepuurde vorm. De opeenvolgende fasen van de creatie zijn een vorm van aftasten, van bevragen en zoeken. Intuïtie is daarbij van zeer groot belang. Mijn werkwijze heeft iets meditatief: de vele bewerkingen die de huid van het hout onderzoeken, het kneden van de verf, het stil_staan en herwerken… Het is een proces dat tijd vraagt, het is zonder twijfel ‘langzaam(aan)’. 

 

 2.   Met mijn werk probeer ik een antwoord te geven op de duizelingwekkende beeldenstroom die ons huidige leven kenmerkt. Het vormt een tegenwicht tegen de overprikkeling, tegenover de -en mijn persoonlijke- onrust. Ik keer de wereld zeker niet de rug toe, maar creëren biedt mij de troost van verstilling en traagheid. Vervolgens hoop en wens ik dat de toeschouwer die ook vindt in mijn werk. 
De zoektocht naar tegenpolen en contrasten - zowel in vorm als inhoud - is essentieel in mijn werk en werkwijze. Het zijn de uitersten van ‘het hier zijn’ -van ‘het naakte zijn’- die me raken en die de artistieke vertaling van de -en mijn- wereld bepalen.  

 

2021, Kristel Van Ballaer

 

 

NL


HARD EDGE

Verstild, Tactiel

2019, Ivo Verheyen

Goede kunst, het is geweten, is zowel naar de inhoud als naar de vorm bedrieglijk in haar eenvoud, en daardoor tegendraads. Met die vaststelling zitten we in het hart van de kunst van Kristel Van Ballaer (°1972). Ze hanteert een sobere vormentaal, maar die is sterk gelaagd. Niets is wat het lijkt, en de toeschouwer dient een inspanning te leveren om te zien dat de kunstenaar in haar werk een idee consequent en tot het einde doordenkt. Alles wat niet ter zake doet, pelt ze onverbiddelijk af. Het is een moeizaam proces dat in fasen verloopt, fasen van denken en herdenken, van schetsen, schikken en herschikken, van bouwen en verbouwen, tot de vormperfectie zich openbaart. In het eindproduct, verstild en tactiel, is er weinig te merken van de fundamentele twijfels die met de creatie van een sculptuur of schilderij gepaard gaan, maar ze zijn er wel degelijk. Hier is een kunstenaar aan het werk die het kunstwerk toestaat zichzelf te worden.

 

De ‘idee’ uit de vorige alinea verdient wat nadere verklaring. Die idee is bij Van Ballaer namelijk geen loos begrip, maar een essentieel gegeven, de kern van de zaak, en telkens weer het begin van het scheppingsproces. Uitgangspunt is vaak een ervaring die zowel visueel en concreet (kerk, bad,  archief) als abstract kan zijn (begrenzing, beschutting, vlucht). De uitvoering ervan in het kunstwerk is evenwel onveranderlijk abstract. De kunstenaar hanteert graag vormen en patronen uit de architectuur, vormen die leiden tot een rustgevende, haast mathematische balans. De toeschouwer krijgt vanuit die abstractie ruim de gelegenheid in confrontatie te gaan met het werk en er zijn eigen verhaal in te leggen. Van Ballaer is streng in haar vormentaal, maar mild als het gaat om de interpretatie ervan door de kijker.

 

Een te allen tijde weerkerende en boeiende vraag blijft deze: wie zijn voor deze kunstenaar de helden en voorbeelden in de kunst? De verscheidenheid van de namen die Van Ballaer citeert, verrast: zowel de Vlaamse Primitieven als Le Corbusier en Anish Kapoor passeren de revue. Eén naam verdient het om uit de lijst te worden gelicht: Ellsworth Kelly (1923-2015), Amerikaans minimalist, grootmeester in het reduceren van kunst tot zuiver kleur en lijn. Dat wil zeggen, hij kleurde ruime vlakken en lijnde ze keurig af. Hard edge. Die minimale ingreep met maximaal effect van Kelly is exact wat treft in het werk van Van Ballaer: wit en zwart, intens blauw, groen, geel, trefzeker en helder afgelijnd. Bovendien was Kelly niet – correctie: niet uitsluitend – de maker van traditionele canvasschilderijen; de stevigheid van plaatstaal en aluminium was hem zeer dierbaar. Van Ballaer gaat een stap verder. Ze mijdt doek, ze geniet van fysieke arbeid en bouwt haar eigen harde, onbuigzame dragers: houten borden, bakken, sarcofagen, zuilen, cilinders en wat dies meer zij. Haar grootvader was schrijnwerker: een atavistisch trekje?

 

Nog twee bedenkingen tot besluit. Eén: de vormperfectie in het werk van Kristel Van Ballaer is overduidelijk, maar toch subtieler dan ze op het eerste gezicht lijkt. Zo let de kijker best op het contrast in glans van lak tegenover acryl, op de kleine ‘imperfecties’ die bewust in de constructies zijn aangebracht, op de onvoorspelbaarheid van de kleureninteractie in bepaalde werken. Het zijn evenzovele manieren om een zekere spontaneïteit en lichtvoetigheid te introduceren in een overigens streng geometrisch oeuvre. Twee: ‘mathematisch’, ‘geometrisch’, ‘strenge vormentaal’, ‘architecturale balans’, het zijn termen die een gebrek aan emotie zouden kunnen suggereren. Niets is minder waar: in al haar strakheid is de kunst van Van Ballaer mateloos ontroerend. Dat komt vermoedelijk doordat ze zoveel zegt met zo weinig. De ondertussen wat versleten frase less is more werd zelden zo overtuigend geïllustreerd als in dit werk.

 

2019, Ivo Verheyen

 

EN

 

HARD EDGE

Still, Tactile

2019, Ivo Verheyen

It is a well known fact: good art is deceptively simple, both in form and content, and therefore somewhat abrasive. This statement takes us straight to the heart of Kristel Van Ballaer’s art. Her style is invariably unadorned, but highly ‘layered’. Nothing is what it seems, and the viewer has to make an effort to see that the artist’s work takes an idea right to the bitter end. Anything that might distract from the essence is mercilessly cut out – a laborious process that proceeds in stages: planning, drawing and redrawing, composing, until the perfect form reveals itself. The final artwork, still and tactile, shows few signs of the fundamental doubts that accompany its creation, but they are there. Van Ballaer is the type of artist that allows the artwork to – at least partly – create itself. 

This previously mentioned ‘idea’ requires some further explanation. It is an essential element of Van Ballaer’s art, the focal point and the first step in her creative process. The starting point is often an experience, which can be visual and concrete (church, bath, archive) or abstract (bounding, protecting, fleeing). The execution of the ideas is always abstract, with forms and patterns borrowed from architecture, leading to a calming, almost mathematical balance. This abstraction offers the viewers ample opportunity to interpret the artwork in their own way. Van Ballaer is strict in her artistic language, but mild in allowing viewers to detect their own story in it.

An ever recurring and intriguing question is this one: who are the artist’s heroes and role models in art? In Van Ballaer’s case, the list is long and diverse: Flemish Primitive painters, Le Corbusier, Anish Kapoor, to mention only a few. One name deserves our full attention: Ellsworth Kelly (1923-2015), American minimalist, master of reducing art to pure colour and line. That is: he painted large areas of colour and neatly marked them off. The history of art uses the term ‘Hard Edge’ for it: a minimalist approach with maximum effect. Van Ballaer uses the same technique: white and black, intense greens, blues and yellows are sharply delineated. And there is more: Kelly was not only a ‘painter on canvas’, he loved the sturdiness of steel plate and aluminium. Van Ballaer takes this one step further: she avoids canvas altogether and builds her own rigid supporting surfaces: wooden boards, bins, sarcophaguses, pillars, cylinders etcetera. Her grandfather was a carpenter: an atavistic feature? 

Two observations in conclusion. One: the perfect form that characterizes Kristel Van Ballaer’s work is crystal-clear, but still more subtle than it looks. The attentive viewer will, for instance, notice the contrast between the gloss of laquer versus that of acrylic paint, the small ‘imperfections’ that have consciously been built into the objects, the surprising interaction of colours in some of them. In this way a degree of spontaneity and lightness is introduced in an oeuvre that is otherwise quite strictly geometric. Two: ‘mathematical’, ‘geometric’, ‘architectural balance’, these terms might suggest a total absence of emotion. Not true: Van Ballaer’s art, in all its austerity, is highly moving, most probably because she says so much with so few means. The - somewhat timeworn - expression ‘less is more’ was seldom illustrated more convincingly than in these works.

2019, Ivo Verheyen

NL

TUSSEN ROEPEN EN FLUISTEREN

2016, Indra Devriendt

Hoe nemen we een kunstwerk waar? Een werk trekt onze aandacht, we kijken ernaar en interpreteren het. Maar al te vaak laat ons oog zich bedriegen en moeten we onze eerste indruk bijstellen, zo ook bij het werk van Kristel Van Ballaer (°1972 Gierle). Ze speelt met illusies. Niets is wat het in het eerste opzicht lijkt. Wat aanvankelijk geschilderde doeken ogen, blijken eens dichterbij beschilderde, houten objecten aan de muur. Haar werk aarzelt tussen schilder- en beeldhouwkunst. Ze toont objecten, maar benadrukt de eigenschappen van een plat vlak. Ze kiest bewust voor afwezigheid van perspectief. De geschilderde vormen flirten met de randen en hoeken van het object. Er ontstaat een spel van aantrekken en afstoten. De drager voelt steeds te klein. Een ellips tast de grenzen van het vierkante object af, elders barsten rechthoeken uit hun drager. Het is een voortdurende zoektocht naar de impact van verschuivingen in de speelruimte van het platte vlak.Van Ballaer schildert vaak een geometrische vorm en een restruimte, waarbij de ene de andere uitdaagt of omsluit. Meestal speelt ze witte en zwarte vlakken tegenover elkaar uit en versterkt zo het contrast. Enerzijds gaat het om een ronde of gebogen vorm anderzijds om hoekige figuren en rechte lijnen. Of ze nu vertrekt van een bad, een toren of het grondplan van een kerk: ze streeft er steeds naar om dingen te herleiden tot hun eenvoudigste vorm. Herhalingen en variaties bieden steeds weer een uitdaging om een nieuw spanningsveld te bekomen.

Naast schilderen, tekent Van Ballaer ook potloodlijnen op de drager en benut ze de voordelen van het werken op hout. Ze bewerkt de drager met gaatjes en inkepingen. Het werk krijgt daarmee ritme, structuur een eigenheid. De drager varieert van een bas-reliëf tot een driedimensionale vorm. Een beschilderde kubus neigt naar een sculpturale vorm en geeft meer tastbaarheid aan het beeld. Soms past ze twee afzonderlijke vormen in elkaar of zaagt ze een inkeping in een houten object om een optisch onderscheid te maken. Een ellips, ontstaan als restvorm met een zwarte bovenzijde en een witte binnenzijde verschuilt zich in de muur, maar is tegelijkertijd een aanwezige vorm aan de muur. De interactie met de omgeving van het getoond werk  speelt voor haar een belangrijke rol, maar ook het proces om een geschikt object te bouwen is bepalend. De zoektocht naar het beste formaat en de juiste vorm is een lang proces, net als de behandeling van het materiaal, zoals zagen, schuren, lijmen en boren, wat handmatig gebeurt. De houten drager en het gebruik van verschillende borstels en soorten verf brengen structuur in de verflaag. De verf is nauwkeurig over en naast elkaar aangebracht. Alles moet juist zijn. Ze laat weinig aan het toeval over.

Haar formele zoektocht is schatplichtig aan de fundamentele schilderkunst, maar herinnert ook aan hard-edge uit de jaren zestig. De nadruk bij hard-edge lag op een wisselwerking van contrasterende kleuren en monochrome kleurvlakken of vormen die door middel van haarscherpe begrenzingen van elkaar gescheiden zijn. Bij Van Ballaer gaat het ook over uitbalanceren van kleur, vorm en structuur, maar er wringt iets. Haar werk is gemakkelijk te overzien door de eenvoudige vormen en contrasterende kleurvlakken. Het zijn keurig afgelijnde, harde, dwingende vormen. Ze roepen om aandacht en lokken de toeschouwer. Maar hoe langer we kijken, hoe meer we trachten om de vormen te vergeten om onze aandacht te richten op de subtiele, fluisterende gebaren die de vorm mee bestaansrecht geven. Dan pas is te zien dat wat in eerste instantie perfect afgewerkt oogde van dichtbij imperfecties in de verflaag zijn. Onregelmatige puntjes blijken plots boorgaatjes in de oppervlakte van het object. In haar beste werken is de strijd om de aandacht tussen roepen en fluisteren onbeslist. Ze houden elkaar in evenwicht. Strakke, uit gepuurde werken, krijgen dan ook iets fragiels en kwetsbaars. Pas bij geduldig kijken, zal de confrontatie ons niet ontgaan.

 

2016, Indra Devriendt

bottom of page